Aad Verbaast

te gek voor woorden eigenlijk

Tag archief: slang

Mozes, Gods tovenaarsleerling

mozes_slang_grt

Deel 17 uit de serie: Omtrent Het Oude Testament. God had Mozes aangewezen om zijn uitverkoren volk uit Egypte naar het “land dat overvloeit van melk en honing” (Ex 3:17) te leiden. Mozes (inmiddels 80) had daar allemaal niet zo’n zin in. En kon nog wel wat uitvluchten bedenken. Maar ja, dan ben je bij God natuurlijk wel bij het verkeerde adres. Zijn plan stond vast.

Mozes tot God: “Wie ben ik dat ik naar de farao moet gaan, en dat ik de Israëlieten uit Egypte zou leiden.” (Ex 3:11). “.. ze geloven me niet, ze zullen niet naar mij luisteren, ze zullen zeggen dat de HEER mij niet verschenen is.” (Ex 4:1).

Goeie vraag, maar daar had God wat op gevonden. Een paar tovertrucs!

“De HEER beval: Laat hem (zijn staf) op de grond vallen”. “Mozes liet hem op de grond vallen en de staf werd een slang.” (Ex 4:3). Het omgekeerde was ook gauw geleerd.

Nog een tovertruc: “Steek uw hand tussen uw kleed” (Ex 4:6)
Blijkt die hand ineens volle witte uitslag te zitten!
En “Laten zij zich door beide tekenen niet overtuigen en luisteren ze nog niet naar u, neem dan water uit de Nijl, en giet dat uit op het land. Het water dat u uit de Nijl genomen hebt, zal op het land bloed worden”. (Ex 4:9).

Fred Kaps en Hans Kazan hadden deze trucs maar wat graag in hun repertoire gehad, zou je zeggen.

Maar Mozes was nog steeds onzeker. “Neem me niet kwalijk HEER, maar ik ben geen redenaar. ..Ik spreek moeilijk en traag”. (Ex 4:10). “.. zend liever iemand anders.” (Ex 4:13).
God werd er een beetje pissig van. “Toen ontbrandde de toorn van de HEER tegen Mozes en Hij sprak: Is Aäron de Leviet niet uw broer? Ik weet dat hij een goed spreker is.. Ik zal u beiden bijstaan als u moet spreken en u ingeven wat u moet doen. Laat hem in uw plaats spreken tot het volk.. (Ex 4:14-16). “Neem deze staf mee, daar moet u de tekenen mee verrichten”.

Mozes toch maar op weg naar Egypte dus. Werd bijkans onderweg gedood door God. (Ex 4:25). Ontmoette Aäron (ook al dik in de 80), en trok samen met verder. Ontmoette de “oudsten van Israël” (Ex 4:29). En daar “.. verrichtte hij de tekenen” (Ex 4:31). Ze waren onder de indruk en geloofden hem.

Hoog tijd dus om maar eens naar de farao te gaan. Zijn eerste bezoek had slechts resultaat dat de farao de teugels enkel nog harder aantrok. Verrassend? Nee natuurlijk niet. Je moet wel echt naïef zijn om te denken dat hij die Israëlieten zomaar zou laten gaan lijkt me. Cruciaal immers voor zijn economie.

Mozes verloor flink wat vertrouwen van de Israëlieten daardoor. En de HEER had weer een oplossing voorhanden:

“Als de farao u uitdaagt om maar eens een wonder te laten zien, dan moet u tegen Aäron zeggen: Neem uw staf en laat hem voor de farao op de grond vallen. Het zal een slang worden!”. (Ex 7:8).

God moet in zijn nopjes geweest zijn. Die truc had Hij ze immers zelf geleerd! Wat zou de farao onder de indruk zijn!

Zo gezegd zo gedaan. “Aäron liet voor de ogen van de farao .. de staf vallen en het werd een slang” (Ex 7:10). Mozes natuurlijk zo trots als een aap met zeven lullen!

“Maar de farao riep op zijn beurt de wijzen en tovenaars er bij, en ook zij, de magiërs van Egypte, deden met hun toverkunsten hetzelfde. Zij lieten allen hun staf vallen en het werden slangen.” (Ex 7:11-12).

Ik rol wederom van mijn stoel van verbazing.

God de Almachtige stond voor een grote missie. Vraagt aan een onzekere Mozes de farao te overtuigen met een voorbeeld van wat aangeleerd machtsvertoon.

Maar wist niet eens dat Mozes de risee van de dag zou worden daar. Blijkt het een truc te zijn die een beetje magiër daar zonder enig probleem ook kan uitvoeren!

Wat een afgang zeg! Kon Hij nou echt niets anders bedenken? Gods allemachtig! Nee, dan moet je toch van betere huize komen zou je zeggen. Maar daarover later.

 
P.S. Binnenkort deel 18: De 10 onnodige plagen van Egypte.
P.S.: plaatje komt hier vandaan: http://www.artbible.info/art/large/142.html
P.S. alle verschenen blogs in deze serie zijn te vinden in de rechterkolom onder het kopje: “Omtrent het Oude Testament”

Het Paradijs. De valse start

scheppingadam_grt

Afl. 1 uit de serie: Omtrent Het Oude Testament. Eerste boek: Het Boek van de Wordingen.
In 6 dagen knutselde God hemel en aarde in elkaar. Op die 6e dag zei God: “Nu gaan Wij de mens maken, als beeld van Ons, op Ons gelijkend..” (Gn 1:26).
Cruciale denkfout denk ik dan. Je creëert meteen keiharde concurrentie immers!

Maar zich nog van geen kwaad bewust op de avond van de 6e dag: “God bekeek alles wat Hij had gemaakt had, en Hij zag dat het heel goed was” (Gn 1:31). Niet alleen “goed” maar zelfs “heel goed”!
Hoe kon Hij zich zo vergissen? Het zou immers niet lang meer duren voordat de hel zou losbreken.
Had hij dan wat langer over nagedacht zou je toch denken. Dan maar nog even niet tevreden en genoegzaam achteroverleunen op die zevende dag.

De boel overdenkend op die rustdag kwam Hij alsnog tot de ontdekking dat nog niet alles klaar was.
In de dagen er na moest er nog wat regen gaan vallen om van alles te laten groeien. “De mens” was nog morsdood. Alle dieren ook. Dat schiet allemaal niet op natuurlijk.

“Toen boetseerde de HEER God de mens uit stof dat hij van de aarde nam, en Hij blies hem de levensadem in de neus, zo werd de mens een levend wezen”. “Daarna legde de Heer God een tuin aan in Eden..en daarin plaatste Hij de mens..” (Gn 2:8). Tuinieren kon Hij ook al.

Toch wel geschrokken dat hij in deze opzet een potentiële concurrent had geschapen, toch maar wat correctieve marktregels opgesteld om nog te redden wat er te redden viel. “Je mag van alle bomen in de tuin overvloedig eten, maar van de boom van de kennis van goed en kwaad mag je niet eten.”. (Gn 2:16-17).

Oef.. De klassieke versie van “hou jij ze dom, dan hou ik ze arm”?
En om even duidelijk te maken wie hier nou eigenlijk de baas is ook nog even een stevige sanctie op dit vergrijp gezet: “.. want op de dag dat je daarvan eet, zul je sterven.” (Gn 2:17).

Verder stevig doorgewerkt. Alle dieren de adem ingeblazen. “Maar een hulp die bij hem paste vond de mens niet” (Gn 2:20). Tja, dat krijg je als je ze dom houdt. Maar ook daar werd een oplossing voor gevonden. Neem een rib uit de man en maak er een vrouw (“hulp”) van. En zo geschiede.

Maar dan nog zo’n misser. God had ook een slang geschapen. En wat bleek? “Van alle dieren, die de HEER God had geschapen, was er geen zo sluw als de slang” (Gn 3:1).

Had dat nou niet gedaan! Nee, eigenwijs. En dan loopt het uit de hand. De mens en zijn vrouw lieten zich door die slang verleiden (“evenbeeld” dus ook eigenwijs) tot het wel degelijk eten van die verboden boom.
Op zich wel met een visionaire motivatie van die slang. “Je zult helemaal niet sterven”. “God weet dat je ogen open zullen gaan als je van die boom eet, en dat je dan gelijk zult worden aan God, door de kennis van goed en kwaad”. (Gn 3:4-5)
Dat had die slang goed gezien eigenlijk. Niet “sluw” dus, maar gewoon slim.

Want toen God er achter kwam dat ze van dat verboden fruit hadden gegeten had hij maar beter zijn woord kunnen houden: “sterven”.

Kijk, dan had hij immers zijn eerdere fouten makkelijk kunnen herstellen. Geen concurrentie meer. Opnieuw beginnen (leren van je fouten!) en juist een mens niet naar je “evenbeeld” maken, maar een gedweeë ondergeschikte. En geef hem dan ook meteen kennis van goed en kwaad (nog boetseerbaar immers) volgens Gods’ ideeën en dan was er geen vuiltje in de lucht geweest toch? Utopia! Voor eeuwig!

Maar nee, God blijkt inconsequent en alweer eigenwijs te zijn. In plaats daarvan laat hij ze leven en gaat andere straffen bedenken.

Voor de vrouw: “Ik zal de lasten van jouw zwangerschap zeer zwaar maken; met pijn zul je kinderen baren. Naar je man zal je begeerte uitgaan hoewel hij over je heerst” (Gn 3:6)

Voor de man: “.. zal de grond vervloekt zijn omwille van jou. Zwoegend zul je van hem eten.. Distels en doornen zal hij voortbrengen.. In het zweet zul je werken voor je brood..” (Gn 3:17-19).

Is dat niet ontzettend wreed en vals? Eén appel en nu zitten we eeuwig met de gebakken peren!

En dit is nog maar het begin. De ene misrekening naar de andere, en dat hebben we geweten.

Wordt vervolgd…

P.S. Binnenkort deel 2. Kaïn, Abel en nog wat van die nazaten.
P.S. alle verschenen blogs in deze serie zijn te vinden in de rechterkolom onder het kopje: “Omtrent Het Oude Testament”
P.S. Plaatje: http://www.statenvertaling.net/kunst/grootbeeld/66.html